Transitie-PPA en DuurzaamPlus

Aanpassing in de bepaling van de waarde van teruggeleverde energie

Tot en met 2024 werd in het PPA-contract de waarde van de teruggeleverde energie gebaseerd op de correctiebedragen van RVO/PBL. Recent is echter gebleken dat deze methode niet langer een betrouwbaar beeld geeft. Dit komt doordat RVO/PBL sinds enige tijd ook de zogenoemde curtailmentwaarde meeneemt in de berekening. Hierdoor sluiten de correctiebedragen niet meer goed aan bij de werkelijke productiewaarde van niet-gecurtailde locaties. Om een eerlijke en marktconforme waardering te waarborgen, stappen wij daarom over op de transitie-PPA.

uitwerking transitie-PPA

De nieuwe PPA sluit grotendeels aan op de methodiek van de huidige PPA. Naast enkele juridische aanpassingen zijn er ook een paar inhoudelijke verschillen:

• De verwijzing naar de marktwaarde van de productie is aangepast. Waar deze eerder gebaseerd was op RVO/PBL, wordt de waarde nu vastgesteld door HVC. Wij zorgen ervoor dat dit altijd op een redelijke en marktconforme manier gebeurt.
• Enkele bedragen en factoren zijn geactualiseerd.
• We hebben duidelijker uitgelegd hoe de verrekening van Garanties van Oorsprong (GvO’s) plaatsvindt. De vergoeding voor uw ingevoede GvO’s is gelijk aan het tarief dat gemeenten en waterschappen aan HVC betalen voor de door ons geleverde GvO’s, minus de handlingsfee.
• De looptijd van de PPA sluit aan op de afspraken over leveringstarieven in de samenwerkings- en leverovereenkomst en de daaropvolgende addenda. Daarna stappen aandeelhoudende gemeenten en waterschappen over op DuurzaamPlus. Daarover hieronder meer.

DuurzaamPlus

Veel aandeelhoudende gemeenten en waterschappen hebben aangegeven liever afgerekend te worden op de hoofdmeter. Dit maakt de factuur overzichtelijker en sluit beter aan bij de huidige ontwikkelingen in de energiemarkt. Daarom is dit nieuwe product een combinatie van een PPA-contract en een leveringscontract. De belangrijkste veranderingen zijn:

• We rekenen alleen nog af op de uitwisseling via de hoofdmeter. Zelf opgewekte en direct verbruikte elektriciteit op dezelfde locatie staat dus niet meer op de factuur van HVC.
• Voor elektriciteit die per saldo wordt ingevoed op het net, ontvangen aandeelhoudende gemeenten en waterschappen de EPEX-marktprijs minus een vooraf afgesproken afslag voor onbalanskosten. Dit stimuleert om zoveel mogelijk eigen, duurzame productie zelf te gebruiken: bij hoge duurzame energieproductie is de marktprijs doorgaans lager dan gemiddeld.
• Gemeenten en waterschappen kunnen ervoor kiezen om bij lage of negatieve EPEX-prijzen te curtailen. Dit is natuurlijk niet verplicht. Hoe curtailment wordt uitgevoerd is in principe vrij, maar voor een goede coördinatie wordt dit vooraf afgestemd. HVC gaat graag met u in gesprek om de mogelijkheden te bespreken.
• De facturatie vindt maandelijks, achteraf plaats (met uitzondering van de jaarlijkse verrekening van de zelf opgewekte GvO’s). Er zijn dus geen maandelijkse voorschotten of jaarlijkse eindafrekeningen meer nodig: er wordt op werkelijke volumes afgerekend.